Banken, hoe ze werken en waarom dit tot problemen kan leiden

Geldsnor!

De bankwereld is een illustere wereld. Banken worden snel afgeschilderd als “het kwaad”, maar vormen een belangrijke schakel in de hedendaagse wereld. Of eigenlijk al sinds de uitvinding van het geld: banken zorgen voor liquiditeit. Geld wat je over hebt kun je naar hen toe brengen en als je het nodig hebt, haal je het weer op. Dat is de basis. De tweede stap die het al iets complexer maakt is lenen van geld. Als je een grote uitgave wilt doen, zoals het bouwen van een huis of een fabriek, of het kopen van nieuwe machines en materialen, dan kun je daarvoor geld lenen.

In Jip & Janneke-taal ga ik proberen uit te leggen hoe het werkt en hoe dit tot problemen kan leiden zoals dit actueel (wederom) het geval is bij “overextended” en “exposed” Amerikaanse regionale banken.

Hoe verdient een bank geld

In de eenvoudige vorm verdient een bank geld door het geld uit te lenen wat ze hebben. Dit kan natuurlijk op meerdere manieren: ze kunnen hun eigen geld uitlenen aan de leningnemer. Maar ook het geld wat bij hen gestald is door rekeninghouders.

Dit laatste is doorgaans het geval, want daarmee valt meer geld te verdienen en is het risico kleiner.
Op het eerste gezicht zou je denken “hoe kan een bank nu geld verdienen als de rente maar 2% is?”.
Gevoelsmatig zou je al snel denken dat je maximaal 2% kunt verdienen als je geld uitleent toch?(Toegegeven, actueel is de rente hoger.)

Stel, we hebben Geldsnor Bank. We hebben een eigen vermogen van 100.000 EUR en ik besluit dit uit te lenen aan Oekiewoekistan Moldings. We vragen 2% rente. Hatsjekiedee! Ieder jaar betaald Oekiewoekstan Moldings mij 2.000 EUR rente (plus aflossing, etcetera).

Dat is geen aantrekkelijk idee toch? 2% is “te weinig”, afgezet tegen het risico dat Oekiewoekistan Moldings failliet gaat en de kosten van de organisatie. Dus hoe gaan we dit doen? Simpel: we lenen het geld van ándere mensen uit.

Want ik heb niet alleen 100.000 EUR eigen vermogen, maar ook rekeninghouders die gezamenlijk meer dan dat hebben gestort. Ik leen Oekiewoekistan Moldings wederom 100.000 EUR en krijg jaarlijkse 2% rente. Om het risico te beperken voor mijn rekeninghouders steken we 10% eigen vermogen in deze lening, en 90% wordt uitgeleend middels de tegoeden van anderen.

Op deze manier heb ik met dezelfde kosten, maar met het gebruik maken van leverage of in mooi Nederlands “de hefboomwerking” maar liefst 10% verdiend op een lening met 2% rente. En er al mijn interne kosten al afgehaald!

Hoe leidt dit tot risico’s in een krimpende economie

Bovenstaande is uiteraard een simplificatie van de werkelijkheid. Want bankiers maken het graag heel moeilijk, om te voorkomen dat leken zoals jij en ik het begrijpen. En vooral om er meer geld mee te verdienen. Want de prikkel om geld te verdienen is enorm: wanneer je het eigen vermogen terugschroeft naar 1.000 EUR en 99% van een lening financiert met middelen van anderen, loop het winstpercentage op naar 100%.

Maar nu komt het probleem bijna om de hoek kijken. Bovenstaande is mooi als je het geld hebt van anderen. Maar de praktijk is weerbarstiger. Het geld wat je uitleent, wat bovenstaand “Geleend VV” is (vreemd vermogen), is in veel gevallen vrij opneembaar of in deposito’s vastgezet.

Als bank heb je de verplichting om transacties te verwerken: het geld ís niet van jou. Als Klaasje een ton op de bank heeft en dit wil opnemen, dan mag Klaasje dat (tenzij het een vastgezette deposito is).
Het risico dat jij als bank dit geld hebt uitgeleend aan Oekiewoekistan Moldings is JOUW RISICO als bank!
Met andere woorden: je moet maar zien wáár je dit geld vandaan haalt, maar Klaasje krijgt zijn ton.

Nog lastiger wordt het als ondertussen Oekiewoekistan Moldings failliet gaat. Het was groeigeld om nieuwe machines mee te kopen. Maar jouw klanten maken een pas op de plaats. De verwachtte groei blijft uit, de machine staat stil en de kosten lopen door. Ongedekte kosten: je maakt verlies en gaat misschien failliet.
Een bank heeft daar potjes voor, verschillende voorzieningen. Dat is voor één klant nog makkelijk op te brengen en is inherent aan het risico wat je neemt. In normale omstandigheden worden bijna alle leningen op tijd betaald. En voor die rekeningen die niet betaald worden heb je als bank vaak van alles afgesproken: pandrechten op intellectueel eigendom, hypotheekrechten op onroerend goed en beslaglegging op tegoeden of voorraden.

En toen had de bank géén geld meer

En toen kwam de situatie dat de bank geen geld meer had. De liquide middelen zijn op en je wordt gedwongen om een aantal van je hedge-afspraken te verkopen. Dit kunnen deposito’s zijn of obligaties bij andere banken en dergelijke. Echter: in een markt met stijgende rentes zijn obligaties met lage rentes volstrekt onaantrekkelijk. Die moet je verkopen tegen een enorme korting.

Stel je voor dat je een obligatie van 100.000 EUR wilt verkopen, met een rente van 1%. Wie gaat die kopen van jou voor 100.000 EUR, als dezelfde 100.000 EUR ook aan de Staat uitgeleend kan worden tegen 5%? Het antwoord is: helemaal niemand. Tenzij je de prijs van 100.000 EUR verlaagd naar 95.000 EUR om het verschil bij te passen. Want nu is de netto-contante waarde op 1 jaar gelijk aan de opbrengst van een staatslening.

Een boekhoudkundig verlies is nu gematerialiseerd: je hebt daadwerkelijk 5.000 EUR verloren.
Op het moment dat je klanten dit horen, wil iedereen zijn geld hebben. Het gevolg is een zgn. “bankrun“. Een bankrun is niet alleen het fenomeen dat mensen massaal hun geld van de bank halen. Het is vooral het fenomeen dat er méér geld van de bank afgehaald wordt dan ze aan liquide middelen hebben. Het dwingt ze om zaken te verkopen die snel te gelde gemaakt kunnen worden; maar wel tegen een verlies.

Het is in deze tijd dat er miljarden verdiend worden

Paradoxaal genoeg is het in deze tijd dat er veel geld te verdienen valt. Bepaalde banken zullen hun tegoeden vrij moeten maken en roerende en onroerende zaken verkopen. Tegen grote kortingen. Partijen die veel geld beschikbaar hebben zullen zo lang mogelijk wachten om tegen de grootste korting de boedel te kopen. Als je geld en tijd hebt, wordt dit later vanzelf meer geld waard.

Het is een rare wereld, zullen we maar zeggen. Aan de andere kant is het niets anders dan wat je zelf zou doen: als je weet dat een huis gedwongen verkocht moet worden zul je ook niet de hoofdprijs betalen als je de enige koper bent.

Enfin, ik hoop dat ik een beetje in de missie geslaagd ben om in een notendop en gesimplificeerd uit te leggen wat de Amerikanen aan het doen zijn.
Let wel: het is vooral een probleem van regionale banken. Die hoeven niet aan de strenge eisen te voldoen zoals de Grootbanken en Systeembanken.

Snor

De Geldsnor, kortweg "De Snor", is een blogger die zich ergens in het midden van zijn 30-ers bevindt. Getrouwd, meerdere kinderen, werkzaam in een boven-modale functie ontdekte hij in oktober van 2019 Het Begrip: Mr. Money Mustache. Nadat hij ALLES gelezen heeft wat MMM gepost heeft, kwam het idee om zelf te bloggen: wat is er in Nederland bereikbaar, in hoeverre wijkt onze positie af van de Amerikaanse mogelijkheden? En wat schetste zijn verbazing: ondanks het feit dat MMM een begrip is, een legende, 1 van de Grote Grondleggers van FIRE, was de website "Geldsnor.nl" nog beschikbaar. Deze naam is een geuzentitel, een eerbetoon zo u blieft.

6 gedachten over “Banken, hoe ze werken en waarom dit tot problemen kan leiden”

  1. “In de eenvoudige vorm verdient een bank geld door het geld uit te lenen wat ze hebben. Dit kan natuurlijk op meerdere manieren: ze kunnen hun eigen geld uitlenen aan de leningnemer. Maar ook het geld wat bij hen gestald is door rekeninghouders. Dit laatste is doorgaans het geval, want daarmee valt meer geld te verdienen en is het risico kleiner.”

    Goed om het eenvoudig te houden, maar een vrij essentieel onderdeel (wat mij betreft) mist. Er is een derde optie: fractional reserve banking. Die is nog lucratiever en veel gangbaarder dan voornoemde opties.

    Binnen de daartoe gestelde normen creëert de bank zelf een debet en credit post op de balans. De debetzijde betreft de verstrekte lening aan derden, de creditzijde een rekening courant. Op deze manier leen je geld uit wat er initieel niet was. En wat er na aflossing door derden ook niet meer zal zijn, de bank boekt dan namelijk niet alleen de lening aan derden, maar ook de rekening courant af. (Dat laatste zeg ik er maar even bij omdat het vaak vergeten wordt en het derhalve leidt tot de meest wilde theorieën.)

    1. Goede toevoeging maar heb ik inderdaad weggelaten om het zo simpel mogelijk te houden. Fractional reserve banking is een beetje een mindf*ck merk ik zelf 🙂

      1. Het is een prachtige oplossing om assets aan een samenleving toe te voegen die er initieel niet waren. Anders blijft iedereen naar elkaar kijken wie er eerst gaat betalen omdat er niemand geld heeft.

        Lijkt een beetje op dat grapje met dat eiland met een slager, kapper, timmerman en een hotelier die allemaal een tientje schuld bij een ander hebben, maar er pas uitkomen als een toerist het cirkeltje sluit en zijn tientje weer meeneemt als hij het eiland af gaat.

        Ellende is alleen dat het heel onrechtvaardig voelt dat een bank iets mag uitlenen wat er tot nog toe niet was en daar ook nog revenuen voor krijgt. Feitelijk is dat alleen slechts het halve verhaal, ze moeten immers ook hun liquiditeit risico’s afdekken en dat kost natuurlijk weer geld. Maar het wordt een ontzettend complex verhaal wat voor de minder economisch geïnteresseerden niet te volgen is. (En wat ik zelf slechts conceptueel begrijp…) Vandaar de wilde theorieën.

      2. Let wel dat “Fractional reserve banking” niet meer bestaat. Gok dat ik geen Youtube links in the comments kan/mag plakken. Maar “How Commercial Banks Really Create Money” van
        Money & Macro. Of “Understanding the Fed’s Money Printer” van Ben Felix geven beide goede uitleg hoe geld tegenwoordig gecreëerd wordt.

      3. (Beetje late reactie, maar voor de mensen die hier in de toekomst nog komen…)

        Het is lastig om constructief op de aangehaalde YouTube-content te reageren. (Ik heb ze bijtend op mijn toetsenbord gekeken…) Ik waardeer oprecht de pogingen van onder andere meneer Money & Macro om mensen beter economisch te onderwijzen, maar het gaat al mis bij de uitleg over wat fractioneel bankieren is.

        Fractioneel bankieren gaat namelijk per definitie NIET over het geld dat in bewaring is gegeven, maar WEL over de leningen die uit staan. Daarnaast speelt het gedeeltelijk in bewaring geven bij een centrale bank geen enkele rol van betekenis binnen dit concept. (Het bestaat wel, maar om andere redenen…)

        Er zijn betere bronnen. Als iemand dit toch wil kijken, dan adviseer ik dringend om je eerst in te lezen in de definities.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *