Onlangs schreef Geldnerd al een post over zijn begroting voor volgend jaar. En ook voor ons is het tijd om vooruit te gaan kijken. Want 2023 zal een heel ander jaar worden dan 2022. Maar om te kijken naar 2023, zullen we eerst moeten kijken naar 2022. Hebben we teveel geld uitgegeven? Met andere woorden: hebben we onzin gekocht? Of grote eenmalige uitgaven gedaan die volgend jaar niet terug zullen komen?
2022: 83.000 EUR uitgegeven in 9 maanden
Huize Geldsnor is goed voor de economie. Ja, we proberen zuinig aan te doen, maar de praktijk is ook dat we een gezin zijn met 2 werkende mensen, 2 auto’s, een huis en 3 kinderen. Uit mijn administratie blijkt dat we in 2022 (t/m september) 82.810,74 EUR hebben uitgegeven. Daar schrok ik nogal van, eerlijk gezegd. Dit geld is uitgegeven met 735 transacties.
Hier gaan we meteen even een grote schifting in aanbrengen: 1 grote uitgave was de terugbetaling van de voorlopige teruggaaf. Ik moest betalen, mijn vrouw kreeg terug. Dat was een netto-bijna-0-transactie en vertekent behoorlijk. En 2 andere grote transacties waren creditcard rekeningen van 3560 EUR en 2110 EUR. Dit waren geen huishoudelijke uitgaven; daar staat een declaratie bij mijn werkgever tegenover die net zo groot was. Blijft over: 73.409EUR.
Nog altijd een bizar grote hoeveelheid natuurlijk: 8156 EUR per maand(!). Hoe dan?!

Nou, de hoe dan is niet zo verrassend. De grootste posten zijn de hypotheek, kinderopvang en de auto’s. De posten “hypotheek” en “kinderopvang” zijn echter bruto genomen. Kinderopvang is dúúr. Al 18601 EUR in 2022. Als ik de kinderopvangtoeslag en de hypotheekrente-aftrek meeneem in de uitgaven (dus daarvoor compenseer), dan ziet het er al héél anders uit. De netto-uitgaven waren 55.542 EUR. Nog steeds meer dan 6.000 EUR per maand overigens.

De grootste kostenposten van 2022
De auto’s (8460), hypotheek (6552) en kinderopvang (5000) blijven tamelijk hoog scoren. Maar dat niet alleen! Andere aanzienlijke kostenposten zijn “levensonderhoud” (6088), vakantie (4972), verbouwing (4422) en diverse (3434). Met die posten zit ik al op bijna 39.000 EUR.
Vervolgens komen er wat kleintjes: ons zakgeld (150 eur p.p.p.m., wat vrouwlief en ik naar eigen dunken spenderen zonder enige vorm van overleg). De studielening (1467 EUR), de nutsvoorzieningen van 2200 EUR. De honden (1604 EUR) en horeca (1542 EUR).
Maar ook kosten voor oppassen (900), brandstof (458 EUR) en verzekeringen (1576 EUR) tikken aardig aan. Of de 800 EUR aan kleding die we dit jaar hebben gekocht. Dat laatste klinkt wellicht als heel veel, maar bedenk dat we met z’n vijven zijn en 3 daarvan onder de 7jr. Die groeien nogal hard (al krijgen ze zelden echt “nieuwe” kleren).
Onzinnige en eenmalige uitgaven
De grootste kans op eenmalige uitgaven zijn de dingen die je maar 1x doet. Klinkt als een open deur. Maar ik kom nog wel eens bij mensen “eenmalige uitgaven” tegen die eigenlijk “regelmatig” zijn. Een duidelijke eenmalige uitgave is het afmaken van de keuken dit jaar. Maar ook een deel van het schilderwerk. Samen dus ruim 4000 EUR welke we zeker niet terug gaan zien in 2023.
Voorts heb ik nog zitten grasduinen in de categorie “diverse”. Dit zijn dingen die ik gewoon niet nader specificeer. Dingetjes als cadeautjes, ouderbijdrages, maar ook de kachel van laatst en het halen van mijn BE-rijbewijs dit jaar. In totaal zit daar een 1700 EUR in die volgend jaar niet terugkomen. Het zijn vrijwel allemaal dingen die we ook kúnnen schrappen: bibliotheekabonnement, spotify, storytel, videoland.
Structurele wijzigingen
Het belangrijkste in bezuinigen en budgetteren is wellicht het structurele deel. Zo zullen we aan de honden volgend jaar geen kosten meer hebben. Dat scheelt sowieso 1600 EUR, maar stiekem ook nog de hondenbelasting (die in de gemeentelijke belastingen zitten, die weer in de nuts-kosten zitten). De hondenbelasting is een dikke 150 EUR per jaar. Ik verwacht dan ook dat een eventuele stijging van de lokale lasten volgend jaar gecompenseerd wordt door de vermindering van deze lasten.
Maar de grootste klapper, die moet nog komen: minder kinderopvang. Mijn oudste dochter wordt binnenkort 4 jaar oud en gaat dan niet langer naar de opvang. Wel naar BSO, maar 1000 EUR per maand inleveren voor 270 EUR per maand is een goede ruil. Zelfs met minder kinderopvangtoeslag als gevolg hiervan.
Vanaf volgend jaar oktober is ook de PHEV (de 2e auto) “einde contract”. We weten nog niet wat we daar mee doen. Deze auto rijdt écht heel weinig. Feitelijk is deze er alleen voor de vakanties (om de caravan te trekken) en als extra capaciteit, voor de keren dat ik weg moet en mijn vrouw aan het werk is of ik de kinderen op moet halen in het donker en in de regen. Daar moeten we toch een andere oplossing voor kunnen vinden, dan deze dure auto aan te houden?
Uiteraard is het ook zo dat de energielasten volgend jaar hoger zullen zijn dan dit jaar. We profiteren tot nu toe volop van de lage tarieven die voor ons tot 21 oktober geldig blijven.
Binnenkort zal ik laten zien wat dit allemaal betekent voor de budgetten van volgend jaar, inclusief de inkomsten.
2022 loopt volgens plan en mijn begroting voor 2023 geeft weinig grote veranderingen zo te zien.
De investeringen die ik heb gedaan betalen zich voornamelijk uit in een lagere energierekening. Het is fijn om terug te kijken en te ervaren hoe we dingen aan het opbouwen zijn. De pubers en ik.