Het is de laatste tijd nogal veel in het nieuws: de discussie omtrent salderen en de wens van netbeheerders om mensen aan de thuisbatterij te krijgen. Dat laatste wil nog niet écht lukken: dankzij de salderingsregeling is de goedkoopste batterij het netwerk.
Maar is dat wel zo? Of valt er toch iets te verdienen aan een thuisbatterij? In deze blogpost ga ik daar zo ver als ik kan op in, met een aantal aannames.
Het idee van een thuisaccu, kort uiteengezet
Als de zon schijnt en je hebt zonnepanelen, dan heb je al snel een grote overproductie. Dit geldt eigenlijk in alle seizoenen, óók in de winter. Het nadeel aan de winter is echter dat de zon minder schijnt. Dit omdat de daglengte uiteraard korter is, maar ook omdat het vaker bewolkt is. En omdat de zon minder krachtig is, heeft ook een dunne laag bewolking al een grote invloed op de opbrengst.
Het idee van een thuisaccu is om de elektriciteit die je op de zonnige momenten produceert, opslaat voor de donkere momenten. Momenteel is het nadrukkelijk NIET mogelijk om met een accu te voorzien in de seizoensbehoefte: de elektriciteits- en warmtevraag in de winter is te groot om dit te overbruggen met een thuisbatterij. Of dit zo blijft in de toekomst valt te bezien: de vooruitgang in accutechniek is ronduit spectaculair. Zowel qua capaciteit als qua efficiency en materiaalgebruik.
De aannames van de thuisbatterij
Om een thuisbatterij aantrekkelijk te maken, moet er aan een aantal voorwaardes worden voldaan. Daarom heb ik een aantal aannames gedaan, gebaseerd op mijn systeem. Zo moet een batterij in staat zijn om het volledige vermogen van de zonnepanelen op te nemen: anders lever ik alsnog terug aan het net! Maar het vermogen om mee op te laden moet ook groot zijn om maximaal te kunnen profiteren van lage prijzen.
Maar ook moet de batterij in staat zijn om te ontladen met een groot vermogen: idealiter draai je immers meerdere machines was, vaatwasser en warmtepomp op de opgeslagen stroom.
Het opladen van de auto laat ik achterwege: er is geen enkele thuisaccu in staat om voldoende opslag te leveren voor de auto.
Hiermee kom ik op een systeem welke moet functioneren op 3-fase om op een maximaal vermogen te komen van 10 tot 11KW. De opslagcapaciteit ligt dan al snel rond de 16kwh en de kosten liggen rond de 15.000 EUR.
Wanneer is een thuisbatterij interessant?
Om een thuisbatterij financieel te laten lonen moet er sprake zijn van een zo groot mogelijk prijsverschil tussen het hoogste en het laagste tarief. En dit op dagbasis. Dit levert voor de traditionele contracten meteen een probleem op: een thuisbatterij is nu per definitie niet interessant. Want als de zon overdag schijnt lever je terug tegen het hoge tarief, terwijl je ’s nachts tegen een laag tarief af had kunnen nemen. Zie daar ook de waanzin van het salderen (wat dus altijd al ging over tarief, en niet over het aantal kwh’s, lieve politici!).
In mijn situatie heb ik te maken met een dynamisch energiecontract. Het maakt daarin niet uit of de zon wel of niet schijnt: het gaat om de “spread” tussen de goedkoopste uren en de duurste uren. Als de zon schijnt, maar het is windstil, dan wíl ik niets opslaan in de batterij! Dan wil ik tegen het hoogste tarief verkopen aan het net. Als het hard waait, en de zon schijnt niet, dan wil ik vermogen opnemen in de batterij tegen een laag tarief en dit gebruiken op momenten dat de elektriciteit duurder is.
Wat levert het maximaal op?
Het enige relevante is deze spread (in de grafiek): het absolute tarief doet niet ter zake, het gaat om het verschil. In mijn spreadsheets hou ik alleen dit verschil in de gaten: het absolute verschil tussen het goedkoopste uur op een dag en het duurste uur. Algemeen kun je stellen dat dit niet helemaal eerlijk is: de goedkoopste uren komen doorgaans meerdere uren per dag voor (6 uur lang 0ct per kwh is niets gek), terwijl het duurste uur maar 1 uur of hooguit 2 relevant is.
Ook ga ik voorbij aan de mogelijkheid om meerdere keren te ontladen per dag: in de praktijk is dit wel degelijk mogelijk. Zo kun je in een winderige nacht de batterij opladen om dit tijdens de dure ochtendpiek weer te verkopen. En in de middag kun je als de stroom goedkoop is opnieuw laden, om dit tussen 17 en 19 weer te ontladen.

Vergeet niet dat je bij opslag altijd verlies hebt: 10% is niets geks. Daar reken ik dan ook mee. Daarom reken ik met een piek die 2 uur duurt, tegen 90% van het bruikbare vermogen van 16: 14.4kwh. Onderstaand is dan de opbrengst per dag:

Dit is bij elkaar opgeteld 234 EUR in 92 dagen: gemiddeld 2.54 EUR per dag. Hiermee komt de terugverdientijd op 5904 dagen (aangenomen dat de genoemde 15.000 EUR installatiekosten valide zijn).
Is het daarmee gunstig? Dat hangt er vanaf hoe je het bekijkt. Het levert wel degelijk iets op in de maandelijkse lasten. Je kunt beter gebruik maken van de laagste tarieven en de hoogste tarieven.
De garantie op dit type thuisaccu die ik heb kunnen vinden ligt op 6.000 laadcycli. Daarna doet de accu het waarschijnlijk nog wel, maar valt buiten de garantieperiode. Meer cycli per dag levert meer op, maar dat doet weinig af aan de terugverdientijd: de garantieperiode is immers ook sneller voorbij.
Voor ons is het momenteel sowieso niet interessant: we hebben een hele grote accu die we gebruiken om zoveel mogelijk zonnestroom in op te slaan. Dit is een 50kwh-auto en een 9kwh. We maken dus al gebruik van een flink deel van de potentiële besparing. We leveren het weliswaar niet terug aan het huishouden, maar zouden ook geen gebruik kunnen maken van het opnemen van goedkoop vermogen: dat overschrijdt onze aansluitcapaciteit. Het is immers niet mogelijk om de auto p te laden met 11KW vermogen én een thuisaccu op te laden met een vergelijkbaar vermogen, op een aansluiting van 17.5KW. Dan zegt de hoofdzekering “poef”.
Conclusie; is een thuisbatterij interessant?
Als je geen elektrische auto hebt om gebruik te maken van de goedkope stroom, dan kan het nét uit. Mits je een dynamisch contract hebt en zolang de salderingsregeling intact is.
Zodra de salderingsregeling afgelopen is (of als je nu al een dynamisch contract hebt), dan wordt het interessant om te gaan verbruiken op de goedkoopste momenten. Bij een dynamisch contract is dit afhankelijk van zon én windenergie. Bij een traditioneel contract met zonnepanelen vooral van de zonneschijn. Het percentage eigen verbruik verhogen is dan de sport: verwarmen met de warmtepomp (zeker in het voor- en najaar), wasmachines en vaatwassers uitstellen en eventuele andere grootverbruikers aanzetten (elektrische boilers).