Zoals de trouwe bloglezer inmiddels wel weet, ben ik een beetje cijfermatig ingesteld. Maar ik heb ook veel hobby’s en ben zeer nieuwsgierig van aard. Ik reken graag alles uit, en ik onderbouw het liefst alles zo veel mogelijk met feiten. Dat wil niet zeggen dat ik niet behoorlijk zwart-wit ofwel ongenuanceerd kan zijn.
Ik ben ook vrij sportief. Misschien niet zo sportief als ik zou willen zijn, maar volgens de Insights van Garmin een stuk sportiever dan het grootste deel van de Nederlanders. Hebben jullie niets aan natuurlijk, maar ik vind het heerlijk om fit te zijn. En ik was laatst aan het rennen én een boek aan het luisteren tegelijkertijd. Wie zegt dat mannen niet kunnen multi-tasken? Anyway, het is een boek van Jay Dicharry, een Amerikaanse expert in biomechanische analyse. Ofwel, hoe beweegt het lichaam. Zeer “insightful” voor mijn trainingsschema’s, maar dat is weer een heel ander verhaal. Maar ik bedacht zo maar een aantal parallelen tussen de anatomie van het lichaam en FIRE of FOWO zoals ik het noem.
Anatomie: de basis
Het menselijk lichaam (en ook die van andere zoogdieren) is een complex geheel. Er zijn allerlei organen die inwerken op fysieke prikkels en vice versa. De aanmaak van bloedcellen, immuunsysteem, het verbeteren van kracht en spierfunctie, voortbewegen: alles heeft een functie (behalve de blinde darm). Maar voor dit verhaal beperk ik me vooral tot de bewegende delen en alles wat dit mogelijk maakt.
Om iets te bewegen heb je een kracht nodig in een bepaalde richting. Via verschillende onderdelen van je lichaam wordt deze kracht gegenereerd (spieren) en doorgegeven (via pezen en banden) aan je botten. Iedere spier zit via pezen vast aan een bot. Botten worden van elkaar gescheiden door kraakbeen.
Pezen hebben nauwelijks directe doorbloeding en worden maar langzaam sterker. Kraakbeen heeft geen enkele doorbloeding of pijnreceptoren.
Spieren en botten reageren heel snel op trainingsprikkels en worden dus ook snel sterker. Veel mensen beseffen het niet, maar botten zijn één van de meest dynamische onderdelen van ons lichaam. De inname van (juist) voedsel, de juiste vitamines en belasting (beweging) houden je botten sterk. Gebrek aan beweging verzwakt je botten, evenals maagzuurremmers en teveel beweging. Maar dat gaat te diep voor dit verhaal.
De anatomie van FOWO
Financieel onafhankelijk worden kan op veel manieren, en met veel parameters. Je kunt extreem zuinig leven, met lage lasten. Vergelijk dit met een heel slank lichaam: je hebt niet veel energie (geld) nodig om deze levensstijl te kunnen bekostigen.
Er zijn ook heel zware mensen. Geen waardeoordeel, dat laat ik aan anderen. Maar als je ooit “My 600lb-life” op TLC hebt gezien, dan weet je dat het heel veel energie kost om een groot lichaam te voorzien van voldoende caloriën om dezelfde vorm vast te houden.
Je “fitheid” is te meten in een waarde die VO2-max heet. VO2 max is een relatief getal: het is de hoeveelheid zuurstof die in je bloed opgenomen kan worden per kilogram lichaamsgewicht per minuut (ml/kg/min). Afvallen of aankomen heeft een directe relatie tot dit getal, omdat je gewicht onderdeel is van de eenheid. Zo is het ook met je financiën: hoe lang kun je zonder inkomen, voordat je in de problemen komt? Dat is relatief eenvoudig: je uitgaven gedeeld door je eigen vermogen. Hogere uitgaven betekent dat je het minder lang vol kunt houden als je geen inkomsten hebt. Dit kun je oplossen door je eigen vermogen te vergroten.
Met “Fat-fire”, ofwel financieel onafhankelijk zijn zonder in je uitgaven te snijden, heb je een groter eigen vermogen nodig om dit te kunnen realiseren. En om dit vermogen op te bouwen heb je een grotere influx van geld nodig. Zie hier de vergelijking met het menselijk lichaam: je moet méér eten om voldoende spek op de botten te krijgen om dit vol te houden.
En daar komen de risico’s om de hoek kijken. Je spieren kunnen snel opbouwen in kracht. Dat gaat in weken. Zo kun je ook hard werken om meer geld te verdienen en uit te geven. Maar je pezen moeten de belasting wel aan kunnen: kun je voldoende geld verdienen om dit te realiseren? En wat zijn de risico’s als één van de pezen scheurt? Het is het risico van “snel geld verdienen” schema’s. Stel dat je een manier vind om bijvoorbeeld met gemeenschapsgeld mondkapjes te kopen tijdens een pandemie. Verdien je hiermee voldoende om het risico van een peesscheur af te dekken? Met andere woorden: als allebei je achillespezen afscheuren, is er dan nog iemand over om je naar huis te sjouwen?
Als dat niet het geval is, is het misschien beter om gedurende vele jaren de peeskracht op te bouwen. Dit gaat niet zo snel als je spieren. Je pezen zijn in deze vergelijking je unieke eigenschappen. Daar waar jij goed in bent én vraag naar is waarmee je geld verdient. Dat duurt jaren. Of het nu educatie is (studie) of praktijk (houtbewerking, staalbewerking, stratenmaken etc). Overal waar jij beter in bent dan iemand anders, is waardevol, mits er vraag naar is. Een uur op je hoofd staan is iets wat niet velen kunnen, maar ook waar niemand iets voor over heeft om het te zien. Om ergens voldoende goed in te worden duurt lang. Stratenmaken kan iedereen. Góed straten maken én dat in een fatsoenlijk tempo kunnen er maar heel weinig. Het is een kunst, een gave, waar we in onze maatschappij veel te laatdunkend over doen. Maar dat terzijde.
De spieren in deze vergelijking staan voor hoeveel uur je besteed: hoe hard moet je werken voor je geld? Met erg dikke pezen kun je zeer efficiënt je energie overbrengen met je spieren. Ofwel: als je meer verdient per uur, dan hoef je minder uren te werken.
Maar ook: als je lichaam slanker is, is er minder energie nodig om het in beweging te krijgen. Als je met minder massa toe kunt, dan heb je minder energie nodig. Met minder vaste lasten (skelet, basisspieren, organen, hoofd) en variabele lasten (grotere spieren, vetmassa) heb je minder geld nodig om alles vol te houden.
Anatomie & training
In mijn trainingsschema’s hou ik rekening met mijn anatomie. Je lichaam gaat verbazingwekkend snel vooruit als je begint met trainen: in de eerste weken soms met wel 10% per week. Dát is nog eens vooruitgang. Tsjonge, wat word ik snel sterker! Nou. In feite is dat niet zo. In de eerste weken gaat het om Neuromusculaire adaptatie. Je hersens (en ruggenmerg) leren om sneller en beter te reageren: er worden sneller en meer spierweefsels aangestuurd en geactiveerd.
Pas na enkele weken gaat je lichaam echte aanpassingen doorvoeren: spieren worden sterker, pezen worden sterker (maar langzamer), botten worden verdicht etcetera.
Maar die neuromusculaire adaptatie is een doorgaand iets. Je blijft hierin beter worden. Zo is het ook met FOWO: in de eerste instantie is er enorm veel te verbeteren. Alleen al het inzicht krijgen in wat je verdient en wat er uitgaat is een eye-opener voor de meesten. Het besef maakt dat je automatisch zuiniger wordt (of in ieder geval bewustere keuzes maakt). Het overzicht maakt dat je heel snel kunt schakelen. Van dag 1 op dag 2 kun je bepalen dat je goedkopere boodschappen koopt, bijvoorbeeld.
Maar daarna gaat het allemaal iets langzamer. Het aanpassen van vaste lasten duurt langer: het opzeggen van abonnementen, het aflossen van de hypotheek en alle andere dingen waarmee je het lichaamsgewicht naar beneden brengt: je hebt minder geld nodig.
Doordat je minder geld nodig hebt, kun je toe met kleinere spieren. Je hoeft minder te werken om je levensstandaard (lichaamsgewicht) in stand te houden.
Natuurlijk kun je ook een tweede huis kopen met een hypotheek er op. Voor dit rugzakje moet je simpelweg wat harder werken!
Uiteraard is anatomie veel complexer dan bovenstaande. Maar ik hoop dat het idee een beetje doorkomt 😉