“Papa! Papaaaah!!! PAPAAAHHHH!!!”
Woensdagavond, 22 uur. Oudste Dochter roept in haar bed, in blinde paniek. Ze is al 3 dagen ziek, zoals zovelen. Ik ga naar haar toe, troost haar, klets wat, stop haar in en geef d’r een kus.
00:30. “Bwehh! Bwehh!! Papa!” Een snik, een kuch, een hoestje. Jongste dochter is even wakker. Dat komt wel vaker voor, maar steeds minder. En doorgaans ook niet midden in de nacht. Enfin. Ze gaat weer slapen. 10 minuten. Opnieuw: “Bwehh! Bwehh! Mama!” Lieftallige Echtgenote geeft een por in mijn zij: “Ga jij even?”.
Ik stap mijn bed uit, doe mijn bril op en loop naar haar kamer. Ik doe de deur open en… tsja, wat is het geur-equivalent van oorverdovend? Een muur van stank, zwavel en verrotting dringt mijn neusgaten binnen zodra ik de deur open doe. Het eerste wat ik denk is: “Fijn, geen corona…”
Ik verschoon de ongelooflijk smerige luier van Jongste Dochter. Ik zing een liedje, geef een knuffel, leg haar in bed.
01:20. Het begint opnieuw. Na een episode van troosten, weer in bed gaan liggen en troosten, besluit ik dat dit ‘m niet gaat worden. Dochterlief mag in ons bed. Dat komt zéér zelden voor, want je weet dat je allemaal beroerd slaapt. Maar beroerd slapen is beter dan niet slapen.
01:40 Ik word wakker van een onrustige, woelende dochter. Ze huilt. “Pijn. Au! Pijn!” Ze is bijna twee en kan zich dus aardig verstaanbaar maken op haar manier. We zetten haar rechtop, ik neem haar in mijn armen en over mijn schouder om even te troosten. Ze richt zich op, kijkt me aan. En spuugt me helemaal onder. De slijmslierten lopen langs mijn gezicht, de brokjes zitten in mijn haren en mijn rug is zeiknat. Evenals mijn buik. En zij. En het bed. Alles.
Lieftallige Echtgenote kijkt me met lede ogen aan. We hebben wel eens beter nachten gehad. Goed, alles schoonmaken. Bed afhalen. Krijsend kind neerzetten (want die had buikpijn en wilde bij me blijven, maar met alles over me heen moest ik even prioriteiten stellen). Kind andere pyjama aan. Bed opmaken, en midden in de nacht naar beneden, naar de wasmachine. Inmiddels is het 02:40.
05:30. We hebben een paar uurtjes geslapen. Maar het is nog niet alles: de bekende zieke-poepluier-lucht dringt mijn neusgaten binnen. Opnieuw er uit, luier verschonen. Handen wassen. Terug in bed. Shit, wekker gaat (Lieftallige Echtgenote moest vroeg weg).
Ok. Allemaal opgestaan. We zitten aan het ontbijt. Ik en 3 kinderen, waarvan er 2 ziek zijn. Het is me gelukt om alle kleren aan te krijgen en beneden te komen, boterhammen te smeren en drinken klaar te zetten. De mok koffie staat dampend voor me. Ik luister naar de radio. Ik denk in een split-second, “Hé, dat is een lekker deuntje!” Een ritmisch “bulk-bulk-bulk” komt in mijn oren. Maar ik realiseer me snel dat het niet uit de radio komt, maar uit mijn dochter. Met een spectaculaire golf braaksel wordt de ontbijttafel ontsierd.
We hebben écht wel eens betere nachten gehad.
Fijne Kerst!