Het kan je haast niet ontgaan zijn: de komende dagen wordt het warm. Of het ook warm blijft is nog maar de vraag, maar het zal zeker in het binnenland niet heel fris worden. En dus komt er onvermijdelijk een hoop warmte het huis binnen. Wat kun je hier tegen doen? En wat kun je het beste doen als het al binnen ís?
Warmte buiten houden: licht
Let hier op de vraagstelling: de warmte uit het huis houden. En dat geeft al een gedeelte van de clue weg: je moet de warmte uit het huis zien te houden. Warmte bestaat uit verschillende componenten. Of eigenlijk: het zonlicht bestaat uit verschillende componenten die allemaal iets toevoegen aan de warmte.
Veel mensen denken dat alleen infrarood-straling (IR) warmte is. Dat is pertinent onjuist. IR is het onzichtbare deel van de zonnestraling die wel energie oplevert, maar niet zichtbaar is.
Zonlicht valt uiteen in een spectrum: de kortste golven zijn UV-C-B-A, waarbij UV-C volledig door de atmosfeer tegengehouden wordt. UV-B voor het grootste deel en UV-A het minst. Deze laatste 2 laten je verbranden. Bemerk hierbij: glas filtert alle UV-B en vrijwel 100% van de UV-A.
Het ultra-violette zonlicht bevat ongeveer 3% van de energie. De volgende 47% wordt geleverd door het zichtbare licht (wat uiteenvalt als een regenboog). Slechts 50% is infrarood. Met andere woorden: ook het buitenhouden van zichtbaar licht is héél belangrijk.
Dit kan op verschillende manieren. Het meest effectief is zonwering. Dit houdt effectief het licht tegen. Feitelijk wil je 2 dingen doen: je wilt voorkomen dat het directe licht naar binnen valt en de ruimte opwarmt. Maar ook wil je het grootste deel van het licht gereflecteert wordt. Helaas betekent dit een zo-wit-mogelijke stof. Maar ook een dikke stof: anders valt er alsnog véél diffus licht doorheen. En diffuus licht bevat net zoveel energie.
Als je dus zonwering hebt (ongeacht kleur of soort): gebruik deze!
Hetzelfde geldt voor rolluiken: als je deze hebt, gebruik ze dan. Rolluiken zijn de perfecte zonwering, omdat ze helemaal géén licht doorlaten. Het wordt er wel donker van in huis – maar dat is precies de bedoeling uiteraard. En als je er niet bent, maakt dit weinig uit.
Warmte buiten houden: beplanting
Beplanting is zeer effectief in het buitenhouden van warmte. Planten verdampen water en daardoor koelen ze de omgeving. Maar niet alleen dat: ze geven natuurlijk ook schaduw en ze houden de bodem koel.
Dit laatste is niet onbelangrijk voor de nachten: je wilt dat het maximaal afkoelt rondom je huis voor de nachtventilatie (komt verderop). Ook wil je dat de muren koel blijven, om zgn. hittedoorslag te voorkomen. Je muren en stoepen nemen ongelooflijk veel warmte op, en die warmte wordt uitgestraald. Naar buiten, waardoor de omgevingslucht warmer is. Maar ook naar binnen, waardoor het veel moeilijker is de woning af te koelen als de warmte er eenmaal in zit.
Zelf hebben we hier een redelijke oplossing voor. Er staan een aantal boompjes voor het huis die de vroege ochtendzon uit de slaapkamers van de meisjes houdt (zij slapen aan de oostzijde) en uit de woonkamer. Na verloop van tijd draait de zon, en wordt de inschijnhoek naar binnentoe zo klein dat er nauwelijks nog zonlicht direct binnenkomt.
Ook is de tuin volledig beplant, behalve de oprit. Die ligt dan weer aan de noordkant van het huis en warmt dus sowieso minder op. De tuin aan de zijkant van het huis is ook volledig beplant. Daar liggen de wadi’s van de voortuin en de achtertuin: hier verdampt veel vocht dankzij de zeer groot-bladerige planten die er staan. Tussen de wadi’s staat een grote beukenhaag. 3 meter breed, 4 meter hoog, 2 meter diep. Dat is heel wat plant-oppervlak die daar de muren koel houdt.
De achterkant van het huis is moeilijker. Hier staan 2 boompjes nabij het terras wat aan de woning grenst. Deze geven niet heel veel schaduw. Dit is pal op het westen en de avondzon is hier flink aanwezig. De muur van de garage ligt op het zuiden, evenals de muur van de bijkeuken. De achtergevel ligt (logischerwijs) op het westen. En door het terras is het hier warm. Het huis is een meter of 7 breed hier en het bestraatte oppervlak dus een dikke 25m2. De muren zijn ongeveer 60m2 en het is dus een beetje een bakoven. Hier willen we de komende jaren nog wel meer mee doen. Maar er is dus geen vaste zonwering of beplanting om de warmte op te nemen.

Maar ik heb geen zonwering of rolluiken!
Als je geen zonwering of rolluiken hebt, dan ben je nu een beetje laat: zoals wij met de achtertuin. Maar er zijn andere methodes. Onze openslaande tuindeuren liggen op het westen en zijn dus een grote bron van hitte. Hier hangen wij bij warme dagen een wit laken voor. Dit voorkomt heel veel lichtinval en dus warmte.
Ook staat er een hele grote parasol op het terras. Dit voorkomt dat de stenen en de muren teveel opwarmen. Ik zie mensen ook wel eens parasols voor het raam zetten. Slim!
Ventilatie: ’s ochtends en ’s nachts
Het belangrijkste bij hitte: alles gesloten houden. Want het is niet alleen het zonlicht wat je huis opwarmt. Ook de buitenlucht is warm en warmte de woning dus op. Ook dit geeft een hint: je kunt blijven ventileren tot het moment dat het binnen koeler is dan buiten. Vanaf dat moment sluit je alles hermetisch af. Als je niet thuis bent: hou de ramen gesloten.
Doe dit tot (laat) in de avond. Het kan tot middernacht op hete dagen boven de 25C zijn. Een raam openen heeft dan nog geen zin. In de zomer werk ik vaak volgens een zomerschema. De dag begint dan rond 5 uur ’s ochtends. Ik zet de achterdeur open, en de tuindeuren. De koele lucht kan dan naar binnenstromen en de warmte kan er uit. Deze deuren blijven open, totdat het buiten weer warmer is dan binnen.
De dakramen op zolder gaan vervolgens wagenwijd open, en ik zet iets voor de gangdeur: de dakramen zorgen voor een schoorsteeneffect. Dit is ontzettend krachtig en zorgt voor véél verse lucht en een enorm effectieve manier om warmte er uit te krijgen.
Stop niet met ventileren als je denkt dat de temperatuur is bereikt en je het fris krijgt. De muren en vloeren bevatten heel veel warmte. Zodra je stopt met ventileren zal de temperatuur weer oplopen.
Wat moet je vooral niet doen met hitte?
Er zijn ook wel wat tips te bedenken wat je niet moet doen. Het gebruik van mobiele airco’s is af te raden. Waarom? Deze voegen meer warmte toe aan de woning dan ze er uit halen. Deze werken vaak met losse, niet-geïsoleerde slangen. Het briesje is verkoelend, maar de woning wordt warmer.
Hetzelfde geldt voor natte lappen. Ja, de verdamping van het water kost heel veel energie en de ruimte koelt dus iets af. Maar de luchtvochtigheid loopt ook op, waardoor de gevoelstemperatuur stijgt. Je huid nat deppen is effectiever.
Ook het sluiten van gordijnen is maar matig effectief. Het voorkomt weliswaar lokale opwarming, maar de warmte ís al door het glas heen gekomen. En zit dus in de woning. Gordijnen houden dit niet tegen.
En de airco gebruiken dan?
Airco’s zijn bewezen effectief. Zelf heb ik airco op alle verdiepingen van de woning. Als ik wil, dan heb ik de hele woning permanent koel en de hitte zó buiten. Lang leve de (split-unit) airco. Ze hebben alleen één nadeel: ze verbruiken een hoop elektriciteit. Minder dan de meeste mensen denken, maar meer dan ik noodzakelijk vind. Pas als de woning boven de 27C komt gaat hier de airco aan. Tot die tijd is het met blote voeten en nachtventilatie heel aardig vol te houden. Ook aan warmte wen je tenslotte.
Laatste puntje: denk je een beetje aan de huisdieren?
Denk je een beetje aan de huisdieren? Onze hond gaat graag in de bijkeuken liggen als het heet is, of in de gang. Daar is het koel (nooit direct zonlicht). En als hij wil staat er altijd drinken klaar. Overdag, zolang het niet té warm is, kan hij vrij naar binnen en buiten lopen want dan staan de deuren immers open.