Laadpaalstress!

Ik rij al jaren elektrisch, noem me een “early adopter”. Al ruim 60.000km is er elektrisch gereden in onze huishouden. Ik heb het laadlandschap dan ook zien veranderen. Casa Geldsnor heeft een eigen laadpaal op de eigen oprit. Hiermee kan ik laden tot 17kw. De auto kan in principe 22KW aan, maar mijn huisaansluiting niet.

Doorgaans stel ik de paal zo in dat deze laad met slechts 7-8KW: een goede match als de zon schijnt midden op de dag met mijn zonnepanelen. Het is fijn om af en toe veel sneller ~te kunnen laden. Zoals gister: we kregen het bericht dat mijn oma in het ziekenhuis was opgenomen. Gevolg: opa (bijna 90) zat alleen thuis. Ik “moest” er van mezelf naar toe, helpen met steunkousen en zorgen dat hij niet alleen zit. Maar, ze wonen 140km verderop. En mijn vrouw was op & neer gereden naar haar werk: 172km retour. Gezien mijn auto een range heeft van ~250km (het is immers een model uit 2018), was dit niet genoeg. Vrouwlief kwam thuis, ik heb de paal op “standje maximaal” gezet en we hebben het avondritueel afgewerkt: honden uitlaten, kinderen naar bed brengen, dat soort dingen. Enfin: er had voldoende ionenmigratie plaatsgevonden om de rit naar het noorden aan te vangen.

Nu weet ik dat er best wel wat laadvoorzieningen zijn rondom hun huis. Maar helaas: de eerste 2 waren vol. De volgende was ook vol, maar niet met ladende auto’s. 1 was er aan het laden, de andere auto was een VW uit 1998 waarvan ik vrij zeker weet dat deze geen stekker heeft. Volgende laadpunt dan maar. Kanonnuh! Een onverlaat met een PHEV, en daarnaast een Ioniq. Allebei aan het laden. Dit alles vond plaats op slechts 300m afstand van elkaar, om het beeld even compleet te houden.

Weer op de app gekeken. Ah! 2 plekken beschikbaar een straat verderop. Huh? 0 plekken beschikbaar! Met nog 15km range op de teller en een terugrit van 140km voor de boeg, begon ik ‘m inmiddels wel een beetje te knijpen. Ik moet namelijk niet alleen een laadpaal hebben, maar ook eentje met een beetje vermogen. Veel publieke laadpalen (maar gelukkig steeds minder) hebben een aansluiting met 3.7kw vermogen. Dat betekent voor mijn terugrit dat ik wel héél lang bij opa moet blijven.

Gelukkig was er verderop nog een laadpunt. Ik reed de hoek om. Ik zag een Tesla. Moed zakte in mijn schoenen. Ik reed toch het parkeerveldje op. En er was nóg een plek! De Tesla was niet eens aan het laden, die stond gewoon geparkeerd (op een gewone parkeerplaats). Ik had mijn plaats gevonden. Deze paal leverde ook nog eens 22KW vermogen – en met een volledig volle accu kon ik weer terug.

Moraal van het verhaal

De moraal van het verhaal is dat je met elektrische auto’s meer moet plannen dan met een brandstof-auto. Het elektrisch rijden heeft zo’n enorme vlucht genomen dat je niet langer kunt gokken op een beschikbaar plaatsje in een woonwijk ’s avonds. Overdag is dit geen probleem (ik kom vaker bij opa & oma). Het is ook nuttig om gewoon te zorgen dat je auto vol is, als je ‘m vol kunt laden. Niet het bekende broodje-aap-verhaal wat op internet rondzingt van “volladen tot 80% etc, anders is het slecht voor de accu”.

Neen, snelladen (op gelijkstroom, DC)) is schadelijk voor de accu (wanneer veel toegepast). Laden op wisselstroom (AC) niet. Alle normale laadpalen in een woonwijk werken op AC. Laden op AC wordt ook niet (veel) langzamer als de accu bijna vol is, en temperatuureffect speelt niet of nauwelijks.

Elektrisch rijden is voor mij nog steeds “the way to go”. Doordat ik voor een onvoorziene omstandigheid kwam (namelijk snel na thuiskomst willen vertrekken) werd het even spannend. Normaliter is dit natuurlijk niet het geval met mijn eigen laadpaal (die hooguit bezet is door onze andere auto). Het is goedkoop, het is zeer efficient (zelfs op kolenstroom is de efficiëntie van elektrische auto’s zo groot dat ze minder CO2 uitstoten dan een brandstofauto), heel stil en comfortabel.

In 60.000km was dit de eerste keer dat er iets van laadstress ontstond. Dat is geen slechte score, mijns inziens.

Kleine noot: zou u, lieve dinosaurussap-verbrander, alstublieft uw auto niet op een plek voor elektrische auto’s willen zetten? En lieve elektrische autorijder: wilt u alstublieft uw auto elders parkeren als de auto vol is, zodat we allemaal kunnen laden?

Wel of niet: “incentive” schemes in arbeidscontract

Zonder al teveel details te geven, ben ik werkzaam bij een bedrijf waar ik in het management team zit. Al geruime tijd (echt: geruime! tijd) hebben wij het met onze “Angel Investor” over het verdelen van een deel van het eigendom tussen ons (de werknemers van het eerste uur, niet alleen management) en hemzelf.

In eerste instantie ging dit om een pure aandelen-verdeling. Langzaam (nogal abrupt, eigenlijk) werd dit gewijzigd: het werden certificaten van aandelen. Hetzelfde financiële voordeel, maar geen zeggenschap en stemrecht. Het voordeel is dat het anoniem is (in tegenstelling tot aandelen van een BV), maar het nadeel is dat we als werknemers geen enkele zeggenschap hebbeb. Een papieren zeggenschap: de Angel heeft sowieso een meerderheidsbelang.

Enfin, er is een hoop op & neer gemaild met advocaten, notarissen en dat soort volk. Ik ben er geen fan van. Nooit geweest. Langzamerhand, met het voortschrijden der tijd, is het schema echter nog verder afgegleden. In plaats van aandelen bij oprichting, is het hele “plan” gewijzigd naar een retentieschema: pas op een bepaalde datum, vrij ver in de toekomst, worden de rechten omgezet in de genoemde certificaten. Tenzij er eerder een exit is uiteraard.

Dit doet mij nadenken. Wil ik dit wel? Ik hoor je denken: waarom niet? Immers, ik krijg voor “niets” een deel van het bedrijf. Niets tussen aanhalingstekens, ik was 1 van de “founding fathers”, patenthouder van enkele kerndelen van de techniek en zo nog wat dingen. Niet helemaal voor niets, maar wel zonder financiële investering van mijzelf.

Maar: ik hou niet van de druk die het mij oplevert. Ik heb een relatief vrijgevochten leven. We leven van ongeveer 60% van onze inkomsten, en hebben de mogelijkheid aanzienlijk te snijden in de kosten door bijvoorbeeld minder kinderopvang af te nemen. Dit betekent dat ik zonder inkomsten nog ongeveer 3 jaar kan leven van ons spaargeld.

Welke druk bedoel ik precies? Zoals ik eerder heb geschreven in mijn blog “als het vuur gedoofd is”, heb ik eerder het gevoel gehad in een gouden kooitje te leven met gouden handboeien. Ik wil gewoon absoluut niet dat mijn keuzes, mijn vrijheid, beperkt worden door een aandelen-deal in de toekomst. Dat ik voor mijn gevoel zou “moeten blijven” totdat deze aandelen (certificaten) hun geld waard zijn.

Ik wéét dat dit irrationeel is. Immers, ik hoef helemaal niet te blijven, ik kan er voor kiezen om gewoon eerder te vertrekken bij mijn werkgever en de rechten op de certificaten op te geven. Maar ik weet ook welke wissel het op mij trekt om ergens te blijven terwijl ik het niet meer naar mijn zin heb. En dat is wel wat zo’n document teweeg kan brengen.
Aan de andere kant; het is een bedrijf met potentie en “mijn deel” kan betekenen dat ik bij een “exit” in 1x klaar ben met FIRE.

Ben ik gek? Moet ik me daar maar gewoon overheen zetten? Of moet ik bij mijn gevoel blijven?

Kosten kinderfeestje: 45 EUR

Vorige week werd mijn zoon 5 jaar oud. En dit betekende ook zijn eerste kinderfeestje. We hebben 4 klasgenootjes uitgenodigd, het moest wel een beetje behapbaar blijven tenslotte.

En wat wás het leuk zeg! We hebben lekker geknutseld. Het thema was “superhelden” en de kinderen hebben capes geknutseld (wat betekende dat er voor 28 EUR aan t-shirts omgetoverd werd tot capes, 5 stuks), maskers geknutseld en versierd.

En heerlijke buitenspelletjes: een web gespannen van touwen en spanbanden waar ze doorheen moesten klauteren. Een kasteel gestapeld van dozen met daarop draken getekend die omgegooid moesten worden (veruit favoriet) met ballen. Traditioneel snoephappen met een blinddoek, en natuurlijk frietjes eten. Grote stoere verhalen vertellen, onsamenhangde kleuterpraat en daarna de behoefte aan een stel nieuwe trommelvliezen. Moe maar voldaan hebben we de eveneens vermoeide kindertjes weer naar huis gebracht.

Nu heb ik een beetje gegoogled, en het schijnt dat ouders normaliter ongeveer 7 kinderen uitnodigen en meer dan 100 EUR kwijt zijn voor een kinderfeestje. Hier zijn wij ruim onder gebleven – en de lol was er niet minder om!

Als het vuur gedoofd is komen de wolven

De Geldsnor is van het type “bezig bijtje”. Ik hou niet van stilzitten en zoek continu nieuwe uitdagingen. Maar zelden “normale” uitdagingen. Als ik ga fietsen, dan wil ik heel ver of heel hoog, of heel steil, of allemaal.

Toen ik het leger in ging, wilde ik niet bij een gewone eenheid, maar bij een elite-eenheid. En als ik ga rennen, dan ga ik voor grote afstanden of hoge snelheid, of allebei. Hetzelfde heb ik in mijn werk: als ik ergens werk, dan wil ik de hoogste manager worden (ik hou niet van het woord “baas”).

Tot op heden is dit vrij aardig gelukt. Ik ben 35 en ben lid van het MT. Als onderdeel van mijn carriere heb ik vrijwel de hele wereld gezien, althans een groot deel: Centraal Europa, Oost-Europa, Zweden, Finland, UK, Ierland, Italië, Spanje, Frankrijk, Zwitserland, USA, Mexico, China, Japan, Maleisië, Indonesië en Australië. Ongetwijfeld ben ik er een paar vergeten, maar daar gaat het niet om.

Ik hou van uitdagingen, en zet meestal vrij onrealistische uitdagingen. Dat demotiveert soms, maar meestal niet.

Burn-out

Bij een vorige werkgever maakte ik heel snel carriere. Ik werd ook een onvervalste klootzak. Een verbaal-agressieve lul. Foregive my French. En geloof me dat het een understatement was. Het was de managementcultuur en alleen door daarin mee te gaan (ongemerkt) kon je vooruit. Althans: hoger op de ladder.

Ik had wel een collega die tegen me zei: “Snor, zoals je tegen mij praat bevalt mij niet en dat tolereer ik niet”. Ik deed hem af als idioot. Ik luisterde nauwelijks, stond totaal niet open voor feedback. Ons bedrijf groeide van 300 miljoen omzet naar 1.1 miljard in enkele jaren – hét bewijs dat onze (en dus mijn) bedrijfscultuur en gedrag wél klopte. Als je niet tegen hitte kan, verdwijn dan maar uit de keuken!

Dat deed deze man dan ook. Met een burn-out. Velen volgden, tientallen collega’s mochten van de bedrijfarts niet meer op zakenreis vanwege werkgerelateerde gezondheidsproblemen. 1 collega pleegde zelfmoord. Ik kende hem niet (het was immers een bedrijf met duizenden werknemers). Veelzeggend over de bedrijfscultuur is het wel.

Het was ook een cultuur waar “goed” nooit genoeg was. Het moest perfect of beter. Het halen van een doelstelling was een minimum vereiste. Het moest altijd béter dan het target. Mailtjes niet beantwoord op zondagavond? Reprimande op maandagochtend. Zaterdagavond in een conference call? Het was geen uitzondering – en het is meerdere malen gebeurd dat ik tijdens die call een vlucht boekte voor de zondagochtend naar Oost-Europa waar onze fabriek en leveranciers zaten. Meer dan een half jaar ben ik 2 dagen per week in Slowakije geweest.

Ik overdrijf niet als ik zeg dat ik regelmatig hoopte dat het vliegtuig neer zou storten. Met mij er bij. Gedachten zoals: als ik nu gewoon niet rem in die file? Of tegen dat viaduct aan rij ? Ik wilde dood. Een andere uitweg zag ik niet. Dood is niet opgeven, althans niet in mijn ogen destijds. Ontslag nemen wél. En opgeven doe je niet. Nu niet, nooit niet. Noem het mijn militaire instelling, mijn sportinstelling. Mijn dwaasheid.

Langzaam openden mijn ogen. Gelukkig ben ik nooit in het hele “lifestyle-inflatie” gebeuren getrapt en hebben we de kosten altijd laag gehouden. Het toppunt voor mij, en het absolute keerpunt was toen 1 van onze executive teamleden gevraagd werd om een andere functie uit te gaan oefenen. Zonder al teveel details: zijn vrouw was terminaal, opgegeven en had nog 2-3 maanden te leven. Ondanks dat het zijn verantwoordelijkheid was om zijn mantelzorgtaken op te geven en er voor zijn vrouw en kinderen te zijn: alleen al de vráág van een werkgever om dit te doen is beestachtig en alle werkelijkheid voorbij.

Ik was destijds 32. Ik had een salaris van ruim 80.000 EUR bruto en meestal een bonus van rond de 15%. Ik nam ontslag. Ik had geen idee wat ik wilde gaan doen. En het interesseerde me geen barst. Ik ben gaan rennen – ik was vrij.

Sindsdien

Sindsdien koester ik mijn lage kosten – maar vooral de vrijheid die het geeft. We hebben een groot uitgave-patroon, maar heel veel van die kosten komen voort uit kinderopvang en zijn binnen een maand ongedaan te maken. Sporten, van de kinderen genieten, klooien in de tuin en nieuwe projecten brengen: dat is het vuur dat ik nodig heb. Als dit vuur gedoofd zou zijn, dán komen de wolven.

Abonnementen

Met dank aan een (wat ouder) artikel van Geldnerd heb ik even gekeken wat onze abonnementen zijn. Ik reken energie-voorziening, hypotheek en (gemeentelijke) belastingen niet mee, evenals kinderopvang.

Goede doelen: 0
Mobiele telefoon: 2 (LE & ik)
Internet & TV: 1
Spotify/netflix/videoland/andere streamingdiensten: 0
Storytel: 1
Magazines / kranten: 0
Webhosting: 1
Zwift: 1

Het totaal komt op 6, wat mij enorm meevalt. Eerder hadden we nog een abonnement op Donald Duck, Bergen Magazine, Oppad, Spotify. Die hebben wel allemaal geschrapt.

WatKosten pmper jaar
Telefoons (2)30 EUR360 EUR
Internet & TV53 EUR636 EUR
Storytel11.99 EUR143.88 EUR
Hosting + domein & SSL certificaat20 EUR240 EUR
Zwift14.99 EUR179.88
Totaal129.98 EUR1559.76 EUR

Voor onze huidige levensstijl is dit zo ongeveer het minimum. Als ik niet zou bloggen en andere online-dingetjes doen, had ik geen eigen server en domeinnaam nodig. Zwift is strikt genomen niet noodzakelijk, maar ik zie het als vervanging van de sportschool. Ik gebruik het meerdere uren per week (en de andere keren dat ik sport ga ik hardlopen en daarvoor heb ik helemaal niets nodig behalve kleding).

Storytel is een grote luxe. Natuurlijk heb je dit niet nodig, maar onderweg (en mijn vrouw is nog steeds wel dagelijks op & neer naar haar werk) luisteren wij heel veel boeken. Dit is dus gewoon veel gunstiger dan een bibliotheek, ook qua tijdindeling (lezen tijdens het rijden kan en mag immers niet).

De telefoonabonnementen zullen in aantal niet verminderen, maar wel in kosten. Mijn abonnement gaat immers aardig op de schop als de huidige periode is afgelopen, omdat ik veel minder data verbruik en nauwelijks bel.

Welke abonnementen heb je niet?

Ik zie soms (oa. in de reacties onder het artikel van Geldnerd) abonnementen op de ANWB. Betwistbaar is of onze private lease-auto een abonnement is (ik kan het niet zomaar opzeggen), maar in ieder geval zit de pechhulp daar in. Mijn zakelijke lease-auto is zeker geen abonnement, dat is gewoon een arbeidsvoorwaarde met mijn werkgever. Ergo: een ANWB abonnement hebben we niet nodig.
Tevens hebben we geen abonnement voor ketelonderhoud. Het neefje van LE is installateur en doet het onderhoud. Volgend jaar komt er een warmtepomp. Sportschool doen we niet aan (wel aan sporten). Spotify gebruik ik alleen de gratis variant van, Netflix en dergelijke weiger ik tijd voor te maken. Wat mij betreft zou zelfs het televisie-abonnement opgezegd worden en de TV de deur uit: het ding neemt alleen maar plaats in en er komt niets nuttigs uit.

Ik zou denken dat dit best “lean & mean” is voor een gezin van 2 volwassenen en 2,5 kind (vooruit, ze is 27 weken: 2,75 kind).

Grote Opruiming: inbox

Voor velen zal het herkenbaar zijn: je moet ergens je mailadres achterlaten of je klikt het verkeerde vinkje aan bij het bestellen van iets. En je mailbox stroomt vol met (in mijn geval) mailtjes van diverse banken, verzekeraars, Garmin, Withings, Decathlon, bol.com, booking.com, diverse hotelgroepen, luchtvaartmaatschappijen, dierentuinen, linkedin etc. etc.

Op dit moment bestaat mijn (persoonlijke) mailbox uit 1950 ongelezen mailtjes en het totaal op 10.000 emailtjes. Hierin zitten veel nuttige mailtjes met leveringsbewijzen, facturen en dat soort dingen. Maar ook heel veel nieuwsbrieven.

Sinds een aantal weken ben ik bezig met een Grote Opruiming. Het heeft geen zin om te dweilen met een kraan open. Dus ik begin bij de bron: iedere nieuwsbrief die ik krijg en niet superinteressant vind wordt niet langer gemarkeerd als gelezen, maar afgemeld.

Daarna volgt de volgende stap, die vooral dankzij een aantal saaie Teams-meetings lekker “gemultitasked” kan worden: het opruimen van oude kneut. Dat heeft geen prioriteit, maar het geeft wel een lekker opgeruimd gevoel.

Bijkomend voordeel? Ik word minder verleid om dingen te kopen – en dus helpt het mij bij “consuminderen”.

Tesla in de S&P 500: ETF of WTF?

Vanaf 21 december wordt Tesla opgenomen in de S&P 500. Los van wat ik daar zélf van vind als zelfverklaard Boomknuffelaar die 2 elektrische auto’s (waarvan 1 PHEV) op de oprit heeft staan, vind ik er als belegger iets van. Dit relaas gaat dus niet over Tesla als bedrijf, of als waardeoordeel over Musk.

Nee, dit gaat over de WTF-impact die dit heeft op ETF’s: Exchange Traded Funds. Er zijn heel veel verschillende ETF’s, maar er is een groot aantal “trackers” die een volledige index volgen. Dit is zelden de volledige index, maar meestal een opbouw die het gedrag van de index zoveel mogelijk nabootst. Nu werkt een Index zoals de S&P 500 in de basis heel simpel: als je 100 bedrijven hebt, die allemaal een koers hebben van 10 USD per aandeel, dan is de Index 1000 punten waard. Echter, buiten deze basis om is het véél complexer.

De S&P 500 is namelijk een “weighted” index. Dit betekent dat de verhouding niet 1-op-1 is: de weging van Bedrijf A staat gelijk aan:

Weging A = bedrijfswaarde A / alle bedrijven in de index

Als een bedrijf meer waard wordt, dan is zijn weging groter. En daar schuilt het gevaar / wringt de schoen / speelt de onwetendheid van beleggers / zit de reden waarom ik niet in Trackers beleg.

Trackers volgen de brede economie

De S&P 500 (en andere indices) worden geroemd om het “volgen van de hele economie” van in dit geval de VS. Helaas, dit is niet het geval. De zware jongens trekken de kar. De 10 grootste bedrijven in de S&P 500 vertegenwoordigen iets meer dan 28% van de waarde van de gehele S&P.
Deze 10 zijn (op volgorde van weging, 30 oktober) Apple, Microsoft, Amazon, Facebook, Alphabet A, Alphabet C, Berkshire Hathaway, Johnson & Johnson, Procter & Gamble en Nvidia. Niet echt een diverse club. Bij het volgen van de S&P 500 belegt u dus voornamelijk in High-tech.

Dat de S&P 500 hoge toppen scoort in de Corona-crisis is dan ook nauwelijks verwonderlijk: de nauwelijks getroffen of zelfs zéér welvarende bedrijven vertegenwoordigen een groot deel van de waarde van deze index. Ook de overige bedrijven zoals J&J en P&G zijn niet getroffen door de pandemie, zelfs in tegendeel. Of het dus een goede afspiegeling is van de wérkelijke stand van de economie, kun je je afvragen. Waar is de energie-sector (gedeeltelijk in Berkshire, maar dat bedrijf is een index op zich), maakindustrie, kleding, vastgoed, medische apparatuur, infrastructuur en alle andere dingen die we in het werkelijke leven nodig hebben?

Vanaf 21 december dus: Tesla

Vanaf 21 december komt hier Tesla bij, vermoedelijk op de 7e plek. Dit is in ieder geval een maakbedrijf (met een waardering als een Tech-bedrijf). Maar wat is nu mijn probleem? Welnu, los van het feit dat een weighted-index geen goede afspiegeling is van de economie zoals hierboven uitgelegd, het volgende:

Doordat een aandeel opgenomen gaat worden in een index, worden er automatisch meer aandelen van gekocht en gaat de koers dus automatisch omhoog. De “trackers” moeten immers het aandeel kopen om het onderdeel te maken van het index-volgen. Als het een klein bedrijf is maakt dit weinig uit: van een kleine toevoeging in een index heb je geen aandelen nodig om toch hetzelfde gedrag na te bootsen. Maar bij een top10-waardering heb je geen keus. Het is niet mogelijk om een goede afspiegeling te maken van de index zonder 1 van de top10 aandelen te houden in gelijke proportie.

Het aandeel zal dus gaan stijgen, zónder dat er ook maar iets verandert in de fundamentele bedrijfsvoering. De waardering van het aandeel is al zeer hoog en wordt nog verder buiten proportie getrokken doordat het aandeel in een bepaalde index wordt opgenomen. Indien later blijkt dat de beloftes niet nagemaakt kunnen worden, dan zal een koers zonder fundament (zoals “assets” in de vorm van fysieke bezittingen zoals grond, fabrieken en cash-equivalenten) als een plumpudding in elkaar klappen. Bij bedrijven met een grote waardering betekent dit een risico op een kettingreactie, waarbij mensen hun S&P500-ETF verkopen waardoor ook de koersen van andere bedrijven lager worden. En daarin schuilt mijns inziens het gevaar, gezien het zeer volatiele verleden van een bedrijf als Tesla.

Voorlopig hou ik het dus gewoon bij mijn eigen samengestelde index, met beheerkosten van vrijwel 0%, afgezien van de aankoopkosten van ongeveer 2 EUR per transactie.

De duurste maand van het jaar

November is voor ons de duurste maand van het jaar. Niet alleen vanwege het hele Sinterklaas-gebeuren, maar ook omdat allebei onze kinderen jarig zijn in november.

Dit betekent dat er taarten gebakken worden en cadeautjes gekocht worden. Soms al in oktober (de cadeautjes, niet de taarten). Mijn vrouw is dol op tweedehands-winkels en dan heb je niet altijd keuze. Dus gaat ze vaak al in oktober.

Dit jaar hebben we een nieuw bed gekocht voor Dochter (125EUR, marktplaats), en nog wat dingetjes. De “schoencadeautjes” komen ook allemaal van de second hand, los van wat kleine dingetjes van de Action om de taarten te versieren.

Dit jaar lijkt het dankzij de corona-crisis echter een goedkope maand te worden: er hoeven geen extra boodschappen gedaan te worden voor bezoek, traktaties op school zijn erg beperkt en het kinderfeestje vieren we voor Zoon met 4 vriendjes & vriendinnetjes. Mogelijk dat er na de goedkope oktober maand (onze goedkoopste maand sinds lange tijd) opnieuw een goedkope maand uitrolt – ondanks de duurste maand van het jaar!

De Wadi (update)

Zoals vorige week vermeld, is de voortuin bijna klaar. Inmiddels is ook de wadi aangelegd & getest dankzij de regen van gisteravond. Wát een gelukzalig moment was dat. Op verzoek een aantal foto’s van het begin van de wadi. Negeer het stuk worteldoek, dat moet nog weg maar er ligt (buiten beeld) een kuub grind op.
In de blauwe cirkels komen de 2 regenpijpen van de Schaapskooi uit. Die ontwateren een dak van bijna 30m2. Het zijn pijpen van 75mm. Er ligt een dammetje omheen (met groen gemarkeerd). Dit dammetje moet nog begroeid worden uiteraard. Via een pijp van 40mm stroomt het water verder naar voren, de voortuin in. Dit is groot genoeg om blad en dergelijke mee af te voeren, maar klein genoeg om door de wortels van de beukenhaag heen te slaan.

In bovenstaande foto zie je waar het water gisteravond naar toe gestroomd is. Keurig de voortuin in, inclusief het blad wat uit de HWA komt. De heuvel rechts heb ik aangeplant met vrouwenmantel en andere plantjes die er al stonden. Dit is een zeer schaduwrijk plekje (noord van een schutting). Aan de andere kant de nog kleine plantjes die ik heb aangeplant en 2 grote Acanthus’ die ik verplaatst heb vanuit de achtertuin.

Op bovenstaande foto zie je met blauw waar de regenpijp door de heg komt en in het groen gemarkeerde gebied stroomt. Op de voorgrond wat aangeplante lavendel en appelboom. Wat je niet duidelijk ziet is dat het voorste stuk ook een heuvel is. Speciale dank voor Sabine: in deze heuvel zit een heleboel snoeihout & geplukt onkruid & bladeren verwerkt.
De liguster links staat er slecht bij, maar dat komt omdat deze losgemaakt is van de rest van de heg langs de oprit: die heb ik verbreed en deze staan nu hier om te zorgen dat ik het A. niet hoef af te voeren en B. indien de verplaatste heg elders het niet overleefd.

Ecologische waarde nu al bewezen

Gisteravond had ik meteen een blij moment. Het begon te regenen en langzaam stroomde de wadi vol. Het was nog nét licht genoeg om te zien dat er een klein vogeltje (te donker om te zien wat voor een, maar formaat roodborst) in het water sprong en zichzelf ging wassen en baden. Blij als een kind stond ik te kijken, samen met de kinderen. Inmiddels is al het water de bodem ingezakt (wat ook precies de bedoeling is). Ik ben érg benieuwd hoe het er bij staat na de winter. Immers, in een beetje winter valt in mijn omgeving ongeveer 200mm neerslag. Dat betekent dat mijn dak van 30m2 zorgt voor een additionele aanvoer van 6.000 liter water op deze oppervlakte. De wadi is in totaal denk ik slechts 3m2 groot, dus ik vermoed dat er aan het eind van een regenachtige periode langere tijd water in zal staan. En uiteraard is de beplanting hierop aangepast.

What’s next?

Ik ben nog lang niet klaar met snoeien (3 catalpa’s zijn veel werk, vooral als er andere dingen tussendoor komen zoals aanplanten). En dat is maar goed ook: mijn houtril is nog lang niet groot genoeg. Deze is nu ruim 2 meter lang en een centimeter of 40 hoog & breed. Ik ben ook nog lang niet tevreden met de hoeveelheid blad op de grond: teveel grond is nog onbedekt. Tevens heb ik gemerkt dat de grond in de voortuin erg slecht doorlatend is. Ik vermoed dat tientallen jaren spitten, mesten etc. hier debet aan is. Ik hoop dan ook dat mijn natuurlijke aanpak gaat bijdragen aan een betere drainage. Uiteindelijk is mijn hele “project tuin” hopelijk goed voor de dieren (vogels, insecten, slakken, egels, vlinders, etc), mens (wij houden er van om naar te kijken en te doen) en mijn portemonnee: geen blad afvoeren en het snoeiafval niet afvoeren scheelt in deze tijd van het jaar met gemak 5-6 ledigingen van de groene container, en dat is toch vlot 3 tientjes.

Rust op het platteland: Bladblazerterreur

Zo, even snel mijn ergernis van me afschrijven. Het is 13:30 en ik zit boven te werken. Volle concentratie, nog snel wat opleveren voor mijn collega’s voordat ik de volgende call in moet. En hoewel ik geniet van het leven op het platteland, is het hier zeker niet altijd rustig. Het is herfst, het seizoen van de bladblazer. In het weekend is dit voorbehouden aan de buren die hun tuin zelf doen (en doordeweeks werken overdag). Maar nu is de tuinman bij de buren aan de slag.

Mijn buren moeten natuurlijk helemaal zelf bepalen of zij, ondanks dat ze gepensioneerd zijn, hun geld uitgeven aan een tuinman. En dat ze meedoen aan dingen als “de tuin winterklaar maken”. Weet je wat dat inhoudt? Juist! Alle plantjes worden keurig teruggesnoeid, bomen worden gesnoeid, onkruid geplukt en het blad wordt weggeharkt. Oeps! Niet dus! Harken is teveel moeite (een ander argument kan ik niet bedenken), dus wordt de bladblazer gebruikt. Whoeiwhoeiwhoei! WHOEI!

Dit doorbreekt de cirkel van het gratis tuinbeheer: laat de natuur zijn werk doen. Dit betekent niet dat onkruid niet verwijdert kan worden. Dat kan heel goed: trek het uit, en laat het liggen. Het droogt in en wordt afgebroken. Wel zorgen dat je het plukt voordat het uitgebloeid is.

Het probleem met een actief beheerde tuin laat zich zien in een schema (verder naar beneden). Het verschil lijkt klein: je ruimt het blad en ander organisch materiaal op. Enige dieren die daarvan leven, die verdwijnen. Zonder blad geen wormen, zonder wormen geen merels, koolmeesjes en allerlei andere vogels.

Regenwormen zijn essentieel voor een goede bodem: ze ruimen het blad op en brengen daardoor voedingsstoffen in de grond die verder worden opgenomen door planten en schimmels. Maar ze graven ook veel gangen, waardoor er meer lucht in de bodem komt en water makkelijker opgenomen kan worden in de bodem.

De “grap” is dat juist koolmezen een zeer belangrijke natuurlijke bestrijder zijn van ongedierte. Ze zijn dol op rupsen, inclusief die van de eikenprocessierups. Het schijnt dat een paartje koolmeesjes tijdens de nesttijd honderden rupsen aan hun jongen voeren!

Zonder takken en blad op de grond is er ook minder plaats voor een ander belangrijk roofdier: de egel. Egels zijn dol op…slakken! (en regenwormen, spinnen, rupsen, kevers en zelfs muisjes). Egels maken hun holletje van takken en bladeren, en ook een gedeelte van hun voedsel leeft hier tussen.

Maar in het voorjaar en in de zomer gaan de buren van de Bladblazerterreur door naar de volgende stap: omdat er geen voedingsstoffen inzitten en ze geloven in de reclame van de tuincentra strooien ze speciale kunstmest en komen er zakken vol met potgrond het erf op. Dagen zijn ze bezig met de grond “verrijken”. En passant wordt er natuurlijk ook slakkengif gekocht, mierenlokdoosjes en muizenvallen.

De actieve tuin kost zo (los van de tuinman) honderden euro’s per jaar aan materialen die volsterkt onnodig zijn. En dat allemaal dankzij het “winterklaar” maken door de Bladblazerbrigade.

Een eenvoudige oplossing voor dit probleem is er zeker: gewoon stoppen met doen. Hark of veeg desnoods de bladeren in de tuin vanaf je tuinpad, maar laat het daar liggen. Het bodemleven zal zich herstellen en de weerbaarheid van de “natuur” (cultuurtuinen) zal veel groter zijn. De geluidsoverlast veel minder (dank u!) en we hebben als maatschappij een stuk minder grondstoffen nodig.
Een beter milieu begint in je eigen tuin!